PROFIEL
Heb je veel belangstelling voor mens en samenleving? Denk je wel eens na over de zin van het leven? Hou je van kunst en andere culturele uitingen van de mens? Vraag je je ook af waarom mensen op een bepaalde manier in een bepaalde situatie reageren? Dan is de richting Humane wetenschappen iets voor jou.

De kernvakken van deze richting zijn sociologie en psychologie, kunstbeschouwing en filosofie. Daarnaast vormen ook moderne talen en geschiedenis een belangrijk onderdeel van je opleiding.

In sociologie en psychologie ontdek je verschillende klassieke sociologische en psychologische theorieën. Je onderzoekt hoe onze samenleving in elkaar zit en welke maatschappelijke thema’s er spelen, je leert wat sociaal gedrag en sociale vaardigheden zijn en op welke verschillende domeinen de mens zich ontwikkelt. Je leert verschillende sociologische en psychologische begrippen hanteren.

In filosofie maak je kennis met ethische stromingen, verschillende wijsgerige antropologische visies en leer je filosofische begrippen gebruiken. Je filosofeert over de mens en de wereld rondom jou, over goed en kwaad, over geluk en de zin van het leven.

In het vak kunstbeschouwing leer je alles over kunst: je analyseert vorm, inhoud, context en functie van een kunstwerk en bekijkt het vanuit een kunsthistorisch oogpunt. Je verruimt je horizon door echt te leren kijken en luisteren naar kunst. 

 
BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je leert kritische vragen stellen
  • je kan goed logisch nadenken en verbanden leggen
  • je houdt van kunst

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Humane wetenschappen is een theoretische en abstracte richting in de doorstroomfinaliteit. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs. Na de 2e graad kan je deze richting volgen in de 3e graad of de overstap maken naar de richting Welzijnswetenschappen in de domeingebonden doorstroomfinaliteit.

 

WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN HUMANE WETENSCHAPPEN EN MAATSCHAPPIJ- EN WELZIJNSWETENSCHAPPEN?
Beide richtingen zijn theoretische, abstracte richtingen in de doorstroomfinaliteit. Het verschil ligt in het pakket algemene vorming: in het domeinoverschrijdende Humane wetenschappen krijg je voor vakken als Nederlands, Frans, Engels een verdieping van de leerplandoelstellingen, terwijl in Maatschappij- en welzijnswetenschappen de basisleerplannen behandeld worden. Voor een vak als geschiedenis is het een ander, uitgebreider leerplan dan in Maatschappij- en welzijnswetenschappen, dat een domeingebonden richting is. 

De kernvakken van Humane wetenschappen en Maatschappij- en welzijnswetenschappen - filosofie en sociologie & psychologie - zijn hetzelfde, maar in Humane wetenschappen krijg je minder tijd om die specifieke leerplannen te verwerken. Zo zal je in de lessentabel zien dat er voor deze vakken minder uren voorzien zijn dan in Maatschappij- en welzijnswetenschappen. Daarnaast heb je in Humane wetenschappen het vak kunstbeschouwing, dat je niet hebt in Maatschappij- en welzijnswetenschappen.  

Studieprofiel_2e_graad_HW2.png

PROFIEL
Heb je veel belangstelling voor de mens en zijn plaats in de maatschappij? Ben je sociaal voelend? Zorg je graag voor een ander? Dan is de richting Maatschappij & Welzijn iets voor jou. 

Het kernvak van deze richting is maatschappij en welzijn, dat uit verschillende vakonderdelen bestaat: toegepaste fysiologie en anatomie, sociologie, pedagogie, zorg en expressie. 

De focus ligt op de mens in al zijn aspecten: zijn lichaam, zijn gezondheid, zijn mogelijkheden en beperkingen, zijn handelen, zijn denken en zijn plaats in de samenleving. Je leert hoe een baby evolueert tot een volwassene, je bespreekt concrete opvoedingssituaties en maatschappelijke thema’s. Je vertrekt steeds van een wetenschappelijke-theoretische basis om zorg te verlenen en begeleidingsactiviteiten uit te voeren. Je versterkt je communicatieve en sociale vaardigheden. 

 
BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je bent een echte teamspeler
  • je bent sociaal 
  • je bent communicatief sterk

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Maatschappij & Welzijn is een richting in de dubbele finaliteit die theorie en praktijk combineert. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs, maar net zo goed op de arbeidsmarkt. Na de 2e graad kan je in de 3e graad Gezondheidszorg volgen of de richting Opvoeding en begeleiding. 

LT_2e_graad_MAWE.png

PROFIEL
Heb je veel belangstelling voor mens en samenleving? Denk je wel eens na over de zin van het leven? Vraag je je ook af waarom mensen doen zoals ze doen? Dan is de richting Maatschappij- en welzijnswetenschappen iets voor jou.

De kernvakken van deze richting zijn sociologie en psychologie en filosofie. Daarnaast maken moderne talen, wiskunde en natuurwetenschappen deel uit van een brede algemene basisvorming.

In sociologie en psychologie onderzoek je onder andere hoe onze samenleving in elkaar zit, wat sociaal gedrag en persoonlijkheid betekenen en hoe mensen zich ontwikkelen. Je leert verschillende sociologische en psychologische begrippen.

In filosofie maak je kennis met ethische stromingen, verschillende wijsgerige antropologische visies en leer je filosofische begrippen. Je filosofeert over de mens en de wereld rondom jou, over goed en kwaad, over geluk en de zin van het leven.

 
BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • we verwachten dat je zelfstandig en in groep kan werken 
  • je leert kritische vragen stellen
  • je kan goed logisch nadenken en verbanden leggen

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Maatschappij- en welzijnswetenschappen is een theoretische richting in de doorstroomfinaliteit. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs. Na de 2e graad kan je in de 3e graad de richting Welzijnswetenschappen volgen of de overstap maken naar Gezondheidszorg of de richting Opvoeding en begeleiding in de dubbele finaliteit.

 

WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN MAATSCHAPPIJ- EN WELZIJNSWETENSCHAPPEN EN HUMANE WETENSCHAPPEN?
Beide richtingen zijn theoretische, abstracte richtingen in de doorstroomfinaliteit. Het verschil ligt in het pakket algemene vorming: in het domeingebonden Maatschappij- en welzijnswetenschappen krijg je voor vakken als Nederlands, Frans, Engels het basisleerplan, In Humane wetenschappen krijg je voor deze vakken een verdieping van de leerplandoelstellingen. Voor een vak als geschiedenis is het een ander, beperkter leerplan dan in Humane wetenschappen, dat een domeinoverschrijdende richting is. 

De kernvakken van Humane wetenschappen en Maatschappij- en welzijnswetenschappen - filosofie en sociologie & psychologie - zijn hetzelfde, maar in Maatschappij- en welzijnswetenschappen krijg je meer tijd om die specifieke leerplannen te verwerken. Zo zal je in de lessentabel zien dat er voor deze vakken meer uren voorzien zijn dan in Humane wetenschappen. Het vak filosofie krijgt hier trouwens ook de naam inleiding tot de filosofie. Daarnaast heb je in Humane wetenschappen het vak kunstbeschouwing, dat je niet hebt in Maatschappij- en welzijnswetenschappen. 

LT_2e_graad_MWWE.png

PROFIEL
Heb je een ruime algemene interesse? Wil je ontdekken hoe gezinnen, bedrijven, overheden van elkaar afhankelijk zijn en onze samenleving, onze welvaart beïnvloeden? Gaat je neus krullen bij termen als bedrijf, produceren, consumeren, …? Dan is de richting Economische wetenschappen iets voor jou. 

Het specifieke vak voor deze richting is economie. Daarnaast zijn ook wiskunde, Nederlands, Frans, Engels en geschiedenis belangrijke vakken. Je combineert dus een brede algemene vorming met een uitgebreid pakket economie en wiskunde.

In het vak economie bestudeer je de economische kringloop en het gedrag van de verbruiker (consument) en de producent (voortbrenger van goederen). Je leert hoe een onderneming werkt. Daarnaast maak je kennis met accounting (boekhouden) en aspecten van vennootschapsrecht.

 

BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je kan goed logisch nadenken en verbanden leggen
  • je volgt de actualiteit
  • je bent geïnteresseerd in cijfers én in taal

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Economische wetenschappen is een sterk theoretische en abstracte richting in de doorstroomfinaliteit. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs. Na de 2e graad kan deze richting in de 3e graad verder volgen: je maakt dan een keuze tussen Economie-Wiskunde of Economie-Moderne Talen of je maakt de overstap naar de richting Bedrijfswetenschappen in de domeingebonden doorstroomfinaliteit. 

 

WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN?
Beide richtingen zijn richtingen in de doorstroomfinaliteit, dus theoretische en abstracte richtingen. 
Het verschil ligt in het pakket algemene vorming: in het domeinoverschrijdende Economsiche wetenschappen krijg je voor vakken als Nederlands, Frans, Engels een verdieping van de leerplandoelstellingen, terwijl in Bedrijfswetenschappen de basisleerplannen behandeld worden. Voor een vak als geschiedenis is het een ander, uitgebreider leerplan dan in Bedrijfswetenschappen, dat een domeingebonden richting is. 

De kernvakken van Economisch wetenschappen en Bedrijfswetenschappen - economie en wiskunde - zijn hetzelfde, maar in Economische wetenschappen krijg je minder tijd om die specifieke leerplannen te verwerken. Zo zal je in de lessentabel zien dat er voor economie minder uren voorzien zijn dan in Bedrijfswetenschappen. Het leerplan wiskunde is ook uitgebreider dan in Bedrijfswetenschappen.

Studieprofiel_2e_graad_ECWE2.png

PROFIEL
Heb je een ruime algemene interesse? Heb je een neus voor zakendoen? Wil je ontdekken hoe gezinnen, bedrijven, overheden van elkaar afhankelijk zijn en onze samenleving, onze welvaart beïnvloeden? Dan is de richting Bedrijfswetenschappen iets voor jou. 

Het kernvak van deze richting is economie. Daarnaast heb je ook een stevig pakket wiskunde. Ook andere algemene vakken zoals o.a. natuurwetenschappen, Nederlands, Frans en Engels maken deel uit van een brede algemene vorming.   

In het vak economie bestudeer je de economische kringloop en het gedrag van de verbruiker (consument) en de producent (voortbrenger van goederen). Je leert hoe een onderneming werkt. Daarnaast maak je kennis met accounting (boekhouden) en aspecten van vennootschapsrecht.

 

BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je kan goed logisch nadenken en verbanden leggen
  • je volgt de actualiteit
  • je bent geïnteresseerd in cijfers en grafieken

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Bedrijfswetenschappen is een theoretische richting in de domeingebonden doorstroomfinaliteit. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs. Na de 2e graad kan je deze richting volgen in de 3e graad of de overstap maken naar de richting Bedrijfsorganisatie of Commerciële Organisatie in de dubbele finaliteit.  


WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN EN ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN?
Beide richtingen zijn richtingen in de doorstroomfinaliteit, dus theoretische en abstracte richtingen.
Het verschil ligt in het pakket algemene vorming: in het domeingebonden Bedrijfswetenschappen krijg je het basisleerplan voor vakken als Nederlands, Frans, Engels. In Economische wetenschappen krijg je voor deze vakken verdieping van de leerplandoelstellingen. Voor een vak als geschiedenis is het een ander, beperkter leerplan dan in Economische wetenschappen, dat een domeinoverschrijdende richting is. 

De kernvakken van Economisch wetenschappen en Bedrijfswetenschappen zijn hetzelfde, maar in Bedrijfswetenschappen krijg je meer tijd om die specifieke leerplannen te verwerken dan in Economische wetenschappen. Zo zal je in de lessentabel zien dat er voor economie meer uren voorzien zijn dan in Economische wetenschappen. Het leerplan wiskunde is minder uitgebreid dan in Economische wetenschappen.
LT_2e_graad_BEWE.png

PROFIEL
Hou jij je inkomsten en uitgaven goed bij? Werken met cijfers zegt je wel iets? Ben jij die vlotte babbelaar, die zelfs de gaten in de kaas kan verkopen? Dan is de richting Bedrijf & Organisatie iets voor jou. 

Het kernvak van deze richting is bedrijfseconomie. Je leert hoe een bedrijf praktisch georganiseerd is, welke rol de consument en de  producent spelen in onze economie, welke marketingprincipes er zijn en hoe de internationale handel werkt. 

Daarnaast maak je kennis met vennootschapsrecht en personeelsbeheer en krijg je basisverrichtingen van boekhouden onder de knie. Je leert vlot werken met verschillende digitale toepassingen en ontwikkelt je administratieve en commerciële vaardigheden. Het leren communiceren op een efficiënte, kwaliteitsvolle en klantgerichte manier staat ook op het programma. 

BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je kan ordelijk, nauwkeurig en zelfstandig werken
  • je werkt graag met de computer 
  • je houdt van cijfers én van taal

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Bedrijf & Organisatie is een richting in de dubbele finaliteit die theorie en praktijk combineert. Ze bereidt je voor op een richting in het hoger onderwijs, maar net zo goed op de arbeidsmarkt. Na de 2e graad kan je in de 3e graad kiezen tussen de richtingen Bedrijfsorganisatie en Commerciële Organisatie of Internationale handel en logistiek (buiten onze school). Je kan ook de overstap maken naar Onthaal, organisatie en sales in de arbeidsmarktfinaliteit.

LT_nieuw_2e_graad_BEOR2.png

PROFIEL
Ben jij een creatieve denker? Heb je veel belangstelling voor mode? Wil je een proces van ontwerp tot product volgen? Dan is de richting Creatie & Mode misschien iets voor jou.

Het kernvak van deze richting is mode en creatie, dat we opsplitsen in enkele deelvakken.

In het deelvak creatie wordt je creativiteit aangesproken. Je ontwikkelt je eigen ideeën en laat je hiervoor inspireren door cultuur en natuur. Je leert creëren met verschillende materialen, rond verschillende thema’s. Je doorloopt hiervoor alle stappen van een creatief proces.

In het deelvak mode (vormgeving en praktijk) zet je je ontwerpen met behulp van computerprogramma’s om in productierijpe patronen. Je verdiept je in de verschillende technieken en materialen om tot een goede keuze te komen bij de uitvoering van een model. Je leert een technisch dossier opstellen. Je leert werken met een naaimachine en maakt een prototype van je eigen ontwerp. 

BELANGRIJKE VAARDIGHEDEN

  • je kan goed zelfstandig werken
  • je bent artistiek en creatief
  • je hebt een goede fijne motoriek

 

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN?
Creatie & Mode is een artistieke richting in de dubbele finaliteit die praktijk en theorie combineert, zodat je nadien kan verder studeren in het hoger onderwijs. Na de 2e graad volg je in de 3e graad de richting Mode. 

LT_2e_graad_CM.png

Studierichtingen in de doorstroomfinaliteit bereiden leerlingen voor om na het middelbaar verder te studeren, zowel in een academische (universitaire) als in een professionele bachelor aan een hogeschool. Na het 6e middelbaar behalen de leerlingen  een onderwijskwalificatie 4 (OK4), het toegangsticket tot het hoger onderwijs. Deze studierichtingen zijn sterk theoretisch en bieden een brede algemene vorming. De leerlingen zijn in staat om logisch te redeneren, ze kunnen verbanden leggen tussen verschillende leerstofinhouden en ze kunnen goed zelfstandig werken.

Binnen de doorstroomfinaliteit heb je de keuze tussen richtingen die domeinoverschrijdend of domeingebonden zijn. 


Wat is nu het verschil tussen beide?

Een richting in de domeinoverschrijdende doorstroomfinaliteit bereidt leerlingen voor op een brede waaier aan academische en professionele bachelors.
De basisleerstof van enkele algemene vakken zoals Nederlands, Frans, Engels en geschiedenis wordt verdiept. We verwachten van leerlingen dat ze leerstof in een kortere tijd kunnen verwerken, waardoor het tempo hoog ligt. Ook voor de specifieke vakken, die soms hetzelfde zijn als gelijkaardige richtingen in de domeingebonden doorstroomfinaliteit wordt minder lestijd voorzien. 

Studierichtingen in de domeingebonden doorstroomfinaliteit bereiden leerlingen voor op enkele specifieke richtingen aan de universiteit, namelijk richtingen die in het verlengde liggen van de studierichting in het secundair onderwijs. Daarnaast bereiden ze ook voor op een ruime waaier aan professionele bachelors
Hier wordt de basisleerstof van enkele algemene vakken niet verdiept. Leerlingen in de domeingebonden doorstroomfinaliteit krijgen dus meer tijd om de leerstof te verwerken dan de leerlingen in de domeinoverschrijdende doorstroomfinaliteit, zowel voor de algemene vakken als voor specifieke vakken die in een gelijkaardige richting in de domeinoverschrijdende doorstroomfinaliteit voorkomen. 

Studierichtingen in de dubbele finaliteit bereiden leerlingen voor op de arbeidsmarkt of op een beperkt aantal specifieke professionele bachelors die in het verlengde liggen van de studierichting in het secundair onderwijs. Een graduaatsopleiding of een Se-n-Se-opleiding behoren ook tot de mogelijkheden.

In deze richtingen combineren de leerlingen theorie en praktijk. Ze krijgen een pakket theoretische basisleerstof voor de algemene vakken in combinatie met concrete, praktische situaties. Op het einde van hun opleiding behalen leerlingen beroepskwalificaties. Dit zijn competenties en vaardigheden die eigen zijn aan het beroepenveld waarop ze worden voorbereid. Na het zesde jaar behalen de leerlingen een onderwijskwalificatie 4 (OK4), het toegangsticket tot het hoger onderwijs.

De studierichtingen in de arbeidsmarktgerichte finaliteit bereiden leerlingen voor op de arbeidsmarkt. Bij het leren vertrekken we van concrete, praktische situaties. De leerlingen worden sterk begeleid bij dit leren en oefenen. Op het einde van hun opleiding behalen leerlingen beroepskwalificaties. Dit zijn competenties en vaardigheden die eigen zijn aan het beroepenveld waarop ze worden voorbereid. 

Na het zesde jaar behalen de leerlingen een onderwijskwalificatie 3 (OK3). Wanneer ze afgestudeerd zijn, kunnen ze eventueel nog een graduaatsopleiding of een Secundair-na-Secundair-opleiding (Se-n-Se) volgen. 

Als leerlingen toch een professionele bachelor willen volgen, hebben ze een onderwijskwalificatie 4 (OK4) nodig. Om deze OK4 te behalen, moeten ze na het 6e middelbaar een naamloos 7e jaar volgen. Tijdens deze opleiding werken ze de basiskennis en -vaardigheden van de algemene vakken bij. Deze kennis en vaardigheden hebben ze nodig om hun slaagkansen in het hoger onderwijs te verhogen. 

Contact

SINT-JOZEFINSTITUUT
Gemeenteplein 8
2550 KONTICH

03 457 77 97
secretariaat@sji.be